OVERZICHT DOSSIERS

(WEB200J.05)

HOE GEVOELIG LIGGEN EMOTIES? (J.05)

Marcel Messing

TUSSEN SCHUTTINGTAAL EN SMS-TAAL


In onze turbulente maatschappij kunnen emoties soms hoog oplopen. Was het nog maar enkele decennia geleden een ‘goede gewoonte’ om zich in de meeste democratieën te bedienen van een parlementaire taal, sinds enkele jaren voeren taalverruwing en taalvervlakking de boventoon in gesprekken, discussies en ‘dialogen’. Er heeft een ingrijpende verschuiving plaatsgevonden in de beleving van onze gevoelens. Steeds minder lijken we aanstoot te nemen – op straffe van beschuldigd te worden van een al te puriteinse geest – aan woorden als (bull)shit (, ‘lul’, ‘klootzak’, ‘gezeik’, ‘geouwehoer’, ‘stront’), ‘gelul’, ‘verneukt’ enzovoorts. Menige televisiefilm en bioscoopfilm lijken dit taalgedrag te stimuleren, want ook daar klinken steeds vaker woorden als fuck (‘verdomme’, ‘klote’) of fuck me (‘neuk me’, ‘verdomme’, ‘sodemieter op’). De Amerikaanse ‘beschaving’ brengt zijn ‘beste’ waarden en normen op onmiskenbare wijze ook in soap-series naar voren. Al deze woorden maken vooral duidelijk dat onze losgeslagen cultuur een ernstig probleem heeft met basale levenservaringen, met de ontsluiting van vooral de onderste drie chakra’s (stuitchakra, sacraalchakra en zonnevlechtchakra), respectievelijk verbonden met de anaal-orale kracht, de seksuele kracht en het centrum van gevoelens en emoties. Freud, Jung en Grof zeggen er zinnige dingen over. Ons economisch systeem, waarin een voortdurende dolgedraaide bevrediging van allerlei behoeften centraal staat, overprikkelt en disharmonieert in wezen deze ‘raderen’ (chakra betekent ‘rad’) waardoor de subtiele levensenergieën binnenkomen. Kan het stuitchakra, waarvan bruin een van de kenmerkende kleuren is, bijvoorbeeld niet tot bloei komen dan ontstaat er een ‘anaal-oraal’ probleem dat zich o.a. uit in het blijven steken van de anale fase. Gevolg: o.a. een ‘platvloers’ woordgebruik dat verwijst naar frustraties in relatie tot anale en orale aangelegenheden. De zeer ernstige milieuproblemen waarmee we te kampen hebben (zoals enorme mestoverschotten, zure mest en stank) zijn er eveneens een uiting van. Wordt het sacrale chakra verstoord, dat in relatie tot de geslachtsorganen staat, dan worden we geconfronteerd met grote seksuele problemen in de cultuur. Pornografie is één van de uitingen ervan (het Griekse woord pornos betekent ‘ontucht’ en graphein ‘beschrijven’; het woordje pornolalie betekent ‘vuilschrijverij’). Kan er geen harmonische ontplooiing van het zonnevlechtchakra plaatsvinden, dan zien we ongecontroleerde en ongeremde emoties oprijzen. Soms kunnen dan de ‘hellepoorten’ van het onbewuste openklappen en instincten als in een ‘opstand der horden’ (Ortega Y Gasset) vrijelijk naar boven komen. De lange tijd onderdrukte emoties en seksuele gevoelens – mede door een ridicule interpretatie van de ‘zondeval’ door de kerk en een hypocriete puriteinse cultuur – heeft hier zeker aan bijgedragen. Schuttingtaal lijkt steeds meer in het ABN ‘Algemeen Beschaafd Nederlands’ ingevoerd te worden (of: alles behalve Nederlands?). Woorden die normaal gesproken door pubers of geestelijk onvolgroeide volwassenen haastig op een schutting, een stationsmuur, bushalte of toilet worden gekalkt (vaak ondersteund door grillige griffity), lijken zelfs steeds meer aanvaard te worden in parlementaire discussies, politieke debatten en journalistieke forums waar de emoties vaak zo hoog oplopen dat niemand meer naar elkaar luistert. Zelfs als het gaat over ‘waarden en normen’. Luisteren lijkt trouwens al lang niet meer de opzet. Norm lijkt het hard roepen of elkaar overschreeuwen. Er wordt openlijk lucht gegeven aan onze emoties. We maken van ons hart ‘geen moordkuil’, discussiëren ‘met het pistool op tafel’ of ‘met het mes op tafel’, ‘zetten iemand het mes op de keel’, ‘maken een sterke vuist’ of treden in de ‘arena’, zodat menige discussie ‘uit de klauwen’ loopt ….

VERVLAKTE COMMUNICATIE
Gelukkig hebben we nog een belangrijk alternatief om opgekropte, afgevlakte emoties of gevoelens te kunnen uiten. We ‘communiceren’ erop los. Bijvoorbeeld via onze veelgeprezen communicatiemedia, de 24-uur-televisie, het vermaarde internet, gsm, fax, mobieltje, omringd door een gigantisch stralingsweb waar we steeds minder moeite mee lijken te hebben sinds bijna iedereen mobiel telefoneert en de zendmasten straks verborgen zijn in prachtige kunstbomen en kruisbeeldjes. Het past allemaal uitstekend in een cultuur van kunstbloemen, plastic en andere imitaties of dolgedraaid elektronisch speelgoed. De verdere vervlakking van onze gevoelens uit zich dagelijks in de sms-taal, van welke ‘poëtische’ ontboezemingen menig literator met de beste wil ter wereld geen bloemlezing kan maken. Het alziend oog (én oor) van Big Brother heeft onze menselijke communicatie gereduceerd tot een plat scherm, dat o zo handig complete boodschappen van ene plaats naar de andere zoeft, van het ene land naar het andere. Onderzoek toont echter aan dat van al onze door de ether verzonden gevoelens per sms – alleen al in Europa miljoenen per dag – nog geen twee procent van enig belang is. Geldverkwisting, energieverkwisting, luchtvervuiling (elektrosmog). Woorden zijn energetische trillingen, beïnvloeden onze stemmingen, gevoelens, emoties, al zijn we dat niet vaak bewust. Gedragen door elektrische velden kunnen ze heel wat storingen teweeg brengen en zelfs onze gezondheid schaden of onverwacht bepaalde emoties stimuleren. Door de moderne high-techwereld kunnen we voortaan onze gevoelens onmiddellijk uitflappen, uitbellen, in beeld brengen, uitvergroten of verkleinen. De joelende menigte in het voetbalstadion, die niet alleen gillend en krijsend om een goal uit zijn bol gaat, maar soms ook in luid spreekkoor vulgaire taal uitslaat, racistische kreten uitschreeuwt, waarbij sterke drank, rook en drugs de losgeslagen gevoelens vóór of na de match (en soms tijdens) versterken, is een ‘normaal’ beeld geworden op de televisie. De prijzenslag rondom dure kortgebroekte jongens die de markt van de leren bal beheersen, heeft bijna iets pervers.
De mens is hardnekkig in zijn geconditioneerde gevoelens. Staatslieden van formaat én dictators (o ironie!) weten dat maar al te goed. Ze geven het volk steeds voldoende brood en spelen, symbolen, vlaggen en volksliederen, wegen vernieling en vermaak nauwkeurig aan elkaar af, zodat de massa als uitlaatklep van onderdrukte gevoelens kan blijven joelen en schreeuwen in stadions en arena’s en het onmenselijk systeem rechtop blijft staan. Want emoties moeten geuit kunnen worden. Anders kan de economische machine, waarin agressie en depressie elkaar afwisselen, niet ‘soepel’ draaien. Automatisering en robotisering van onze maatschappij eisen hun tol.

VERSCHIL TUSSEN EMOTIES EN GEVOEL
Als iemand zich heel erg opwindt is dat goed te zien en te horen. De emoties ontladen zich, stromen naar buiten, golven eruit. Emotie komt van het Latijnse werkwoord Emoveo, dat ‘ergens uitdrijven’, ‘uitstromen’, ‘verwijderen’, letterlijk ‘uitbewegen’ betekent. Worden we heel erg bewogen door een situatie, een opmerking, een persoon, dan gooien we onze emoties er maar al te vaak ongecontroleerd en ongeremd uit. We flappen ze eruit. Ons bewustzijn – gevangen in het idee van een persoonlijkheid te zijn – kan het niet meer aan, moet het uitroepen of uitschreeuwen. Oerkreetpsychologen en psychiaters met zacht fluwelen banken krijgen het anders wel uit ons los. Emoties zijn eigenlijk uit de hand gelopen gevoelens die ons zo diep kunnen raken dat we ze niet meer kunnen beheersen, niet meer onder controle hebben. Ze zijn óns de baas. Menige uitbarsting van emoties, is niets anders dan het bereikte verzadigingspunt van negatieve gevoelens en ervaringen die ‘eruit gegooid worden’. Iemand is ‘ziedend van woede’, ‘kookt van woede’, moet even ‘afstomen’.
Gevoel heeft natuurlijk primair te maken met voelen, met de tastzin. Niet voor niets geven we elkaar in het westen eerst ter kennismaking een hand. Dat is handig. We voelen elkanders hand en handdruk, ‘tasten’ elkaar af in een gesprek. Fingerspitzengefühl! Het ‘washandje’ dat we drukken, de ferme hand, de slappe hand, de vingerworst hand, enzovoorts. Eskimo’s neuzen met elkaar, Japanners buigen dieper en dieper naarmate iemand hoger op de sociale ladder staat, Hindoes brengen de namasté en Russen drukken elkaar eens goed aan de borst. Met ons lichaam drukken we onze gevoelens uit of liegen ermee (lichaamstaal). Lichaamstaal gaat altijd aan het gesproken woord vooraf. Vandaar dat tast, reuk en smaak er zo’n grote rol in spelen. De cosmetica tracht dat weer te manipuleren of te ‘verbloemen’ met allerlei geur- en kleurstoffen (parfums, poeiers, schoonheidspotloodjes, mascara enz.). Het oog en gehoor zijn pas in de moderne maatschappij steeds meer betrokken geraakt. We werden geleidelijk steeds meer tot ‘leesdier’ of ‘luisterdier’ gemaakt. Opkomst van krant, tijdschrift, televisie, computer, internet. De reclame manipuleert stevig met ‘verborgen verleiders’ die primair ons lichaam raken. Maar ondanks de oprukkende woordinflatie blijven we nog steeds ‘onze neus ergens insteken’, hebben we ergens ‘een goede neus’ voor, staat iemand ‘in een kwade reuk’, wordt iemand wel eens ‘handtastelijk’, vinden we dat er in sommige onopgeloste gevallen ‘een luchtje aanhangt’ of zeggen we bij een mooie ervaring ‘dat smaakt naar meer’. We zijn kennelijk ‘gevoelige’ mensen gebleven, die alles in het leven willen ‘proeven’ of ‘beproefd’ worden. We willen hoe dan ook ons gezicht niet verliezen, laten ons gezicht soms duidelijk zien, met of zonder tandengeknars of toegeknepen lippen. Soms ‘halen we onze neus op’ of ‘druipen met hangende pootjes af’, laten onze ‘oren hangen’. Iedere tijd, iedere cultuur heeft verschillende methodes om met gevoelens om te gaan, om ze te manipuleren (letterlijk: naar de ‘hand’ te zetten) of te corrigeren. Het vigerend waarden- en normensysteem van dat moment, bepaald door religieuze, politieke en sociale kaders, is daarbij doorslaggevend.



VERNIETIGING VAN ZACHTE GEVOELENS; HET GEBREK AAN TEDERHEID
We zitten gelukkig al lang niet meer met de handen over elkaar in de klas. Veel onderwijzend personeel wel met de handen in het haar. We spreken elkaar aan met ‘je’ en ‘jij’, dragen gerafelde spijkerbroeken na het werk (sommigen tijdens), hebben een cultuur van houseparties, hardrock, pseudo-filmhelden en hardrockhelden, drugs en drank, lawaai, discotheken en laserstralen om tribale dansen kleur bij te zetten. We worden geconfronteerd met steeds meer gewelddadig gedrag, van jong en oud. De gedoogcultuur lijkt zichzelf omver te kegelen. Steeds meer leerlingen op scholen worden verleid tot agressief gedrag, een enkeling trekt al een mes en een uitzondering – mogelijk geïnspireerd door Amerikaanse video’s en computerspelletjes – trekt zelfs een pistool. Op 20 april 1999 richtten twee leerlingen op de Columbine High School in Littleton (Colorado) een bloedbad aan onder hun medescholieren. Toen deze afschuwelijke gebeurtenis door de luidsprekers in de nabijgelegen school werd meegedeeld, ging er een luid applaus onder de leerlingen op als teken van bijval. Onderzoek van prof. dr. David Grossmann (professor in de psychologie en schiettrainer van het Amerikaanse leger) toonde aan dat veel geweld op scholen wezenlijk beïnvloed wordt door gewelddadige videospelletjes, gebruik van drugs en zogenaamde ‘geneesmiddelen’ tegen hyperactiviteit, zoals ritaline, luvox en prozac, waarvan de bijwerkingen schrikbarend zijn. De voorbeelden van dit soort geweldsexplosies op scholen liggen triest genoeg voor het oprapen. In Zwitserland, Duitsland, Frankrijk, Engeland, en sinds kort ook in Nederland en België. We beginnen te beseffen dat er lange tijd gemanipuleerd is met emoties en gevoelens. Via televisie, videospelletjes, internet. Een wereld van emoties klapt open en velen reiken een ‘oplossing’ aan. ‘Herstel van waarden en normen’, zeggen sommige politici, ‘weer terug naar de kerk’, zegt de kardinaal, ‘niet meer tutoyeren’ zegt de schooldirecteur, ‘weer terug naar een autoritaire opvoeding’, roepen sommige conservatieven. Zelfs tuchthuizen worden weer overwogen. Intussen worden allochtonen en autochtonen tegen elkaar uitgespeeld. Politieke partijen halen er winst bij, de gemoederen lopen hoog op. ‘Terug naar het gezin’, roepen de ‘traditionelen’ die tegelijkertijd een systeem ondersteunen van tweeverdieners, meer winst, meer vakantie, meer productie en consumptie. ‘De crèche zou wel eens de boosdoener kunnen zijn’, denken anderen met de laatste onderzoeksrapporten van Zweden en Denemarken in hun hand. Laten we maar heel eerlijk zijn: er is veel meer aan de hand. Ons hele door ons zelf gecreëerde of ondersteunde systeem is zo rot als een mispel en is bezig in een pijlsnel tempo in elkaar te storten. De heftige emoties zullen waarschijnlijk voorlopig nog niet voorbij zijn. Dus maar voortgaan met racen op de snelweg, plunderen en overvallen, computers stelen, voetbalmatches gewelddadig verstoren, drugs en bierfestijnen, pint en pot …?
Onze maatschappij lijkt voorbij te gaan aan de zachtere gevoelens als tederheid, vriendelijkheid, stilte, mijmering, genegenheid, geweldloosheid… Er vindt een snelle afglijding plaats naar de ‘oerschreeuw-cultuur’, waarin lawaai, verruwing, de ‘botte bijl-cultuur’ een alles vernietigende werking heeft. Dat alles is tevens uitdrukking van een schreeuw om echte liefde die niet wordt opgelost door meer blauw op straat, meer gevangenissen, meer wetten…
De poëzie van het leven wordt ingeruild voor turbo-taal, gsm- en sms-taal. Staal, ijzer en plastic kenmerken dit ‘ijzeren tijdperk’. De liefde zelf is geprostitueerd, op de pijnbank gelegd van verscheurde gevoelens en onbedwingbare emoties. De vierentwintig-uurs-economie stuwt de dolgedraaide wieken van een geldmolen die in elkaar aan het storten is maar voort. Boven het gekraak der instortende decors maken we elkaar wijs dat de economie weer aantrekt, de groei weer zichtbaar wordt, dat we nog witter kunnen wassen… Ondertussen razen overal orkanen rond, zinken tankers met miljoenen liters olie, sterven de soorten, neemt de verwoestijning, ‘vermoddering’ en vermesting toe, verdwijnen de tropische regenwouden, is het gat in de ozon weer wat groter, sterven dagelijks 100.000 kinderen van honger terwijl de dikbuikcultuur van het westen, gepaard gaande met stress, hartinfarcten, depressies, maagzweren, kanker en hyperventilatie zijn totale failliet manifesteert. Eenzaamheid, ellende en honger voor honderden miljoenen. Vrucht van niet meer in relatie tot elkaar staan. ‘Ik zoek een mens’, zei de Griekse filosoof Diogenes al, toen hij op klaarlichte dag zijn ‘ton’ verliet met een kaarsje in zijn handen. Geboeid aan kettingen van een geconditioneerd verleden, zijn we in de grot van ons onbewuste gefascineerd door onze schaduwen, zoals Plato in zijn allegorie over ‘de grot’ al zo treffend naar voren bracht. Als een onbarmhartig geworden Samaritaan die zijn eigen verwonding in de ander niet meer ziet, gaan we voorbij aan het leven. We huilen soms makkelijker bij het zien van filmbeelden dan om het lijden in de volle werkelijkheid.

ONHEILZAME LEVENSSTIJL: DISHARMONIE IN GEVOELENS
Laten we het maar toegeven. We zitten in de problemen. Diep. We hebben forse emotionele problemen in onze samenleving. Bij al die duizenden regels, wetten en petten, lijkt de liefde door de achterdeur van onze neergaande beschaving weg te glippen. Ziektes en virussen verspreidden zich in een angstaanjagend tempo, deels als reactie op ons onheilzaam gedrag naar de dierenwereld. De ‘medische wereld’ zet als antwoord op de trieste verkankering van ons leven een aanval van buitenaf in (operatie, chemotherapie, pillen, tabletten, bestralingen). Maar wat eerst van binnenuit ontstaat, dient niet van buitenaf ‘bestreden’ te worden. Werkelijke helers weten dit. Samenwerking tussen de conventionele medische wetenschap en de zogenaamde ‘alternatieve’ geneeskunde, is meer dan ooit noodzakelijk. Er zijn zoveel andere benaderingen mogelijk (natuurgeneeskunde, bloesemtherapie, kleur- en klankentherapie, ayur vedische methode, acupunctuur, vastenkuren, homeopathie, meditatie, visualisatie, ademhalingstechnieken). De Griekse arts Hippocrates (5e eeuw v. Chr.) onderrichtte al op het eiland Kos de samenhang van de juiste leefwijze en een goede gezondheid. Hij benadrukte de naastenliefde en de verantwoordelijkheid van de arts. Sinds de esculaap met twee slangen er een verloor, onderging de heelkunde een verschuiving naar medische wetenschap, studie der medicijnen. Weinigen beseffen nog dat een arts, de ‘geneeskunst’ (latijn: ars = kunst) meester moet zijn en dat een dokter onderricht geeft in ziekte en gezondheid (‘dokter’ komt van het Latijn: doceo dat ‘onderrichten’ betekent). Ziekte is de zichtbaar wording van een proces dat zich eerst gevoelsmatig, psychisch, zielkundig en geestelijk uitdrukt en vervolgens hormonaal, endocrien, cellulair. Tot slot verschijnt de lichamelijke klacht of ziekte, waarbij natuurlijk ook allerlei ‘erfelijke patronen’, milieu en voeding een belangrijke rol spelen. Verdriet, pijn, wrok, teleurstelling hebben als negatieve emoties net zo’n onheilzame invloed op onze gezondheid als onjuiste voeding. Wat is er mis met ons? Waarom zijn we zo dichtgeslibd dat we steeds meer sensatie nodig hebben, schokkende beelden, teksten, horrorbeelden. Het is alarmerend. Zou het hedendaagse terrorisme niet de vleeswording van collectieve angst kunnen zijn, gemanipuleerd door hen die het zelf maar al te vaak vanuit de staat toepassen?



GRIEZELEN EN TERREUR
Grimm schrijft in zijn Sprookje van iemand die erop uittrok om het griezelen te leren over een jongetje dat nergens bang voor is. Niemand kon hem bang maken. Geen pastoor, geen lijken, geen griezelige situaties in een spookpaleis van een bisschop. Niemand en niets. Pas als zijn hoofd eraf geslagen wordt met een zwaard en er achterste voren wordt opgezet, waardoor hij voor het eerst zijn achterste ziet, schrikt hij enorm! Zijn achterwerk riep zoveel afgrijzen, schrik en beven op dat hij bijna waanzinnig van emotie wordt. Pas als zijn hoofd er opnieuw is afgeslagen en met behulp van een toverzalf weer goed is opgezet, kalmeert hij. Hij die nergens om kon griezelen, griezelt bij de aanblik van zijn achterste. Voor het eerst ziet hij niet alleen de werking van een doodgezwegen lichaamsdeel, maar ziet hij ook de hele wereld achterste voren. Hij ontdekt de dierlijke kant van het bestaan. Dat aspect dat hij deelt met de dierenwereld: eten, verteren, afscheiden. Omdat hij die dierlijke kant verdrongen had en daardoor geen echte relatie met de wereld had, waren zijn gevoelens verstoord, kon hij niet eens griezelen, een typisch menselijk gevoel. De mens die het universele proces van eten, verteren en afscheiden niet lichamelijk en psychisch heeft begrepen én geïntegreerd, werkt destructief op dieren- en plantenwereld in, vernietigt ‘rücksichtlos’ de aarde, zijn moeder, is bereid op industriële wijze de dieren tot machines te herleiden en de mens zelf tot object. Leven en dood worden tot slot gemechaniseerd, tot beeld herleid (televisie, internet, computerspelletjes). Zo kunnen mensen bijna onopgemerkt object van manipulatie worden in handen van net geklede dictators en hen die een Nieuwe Wereldorde nastreven. De kringloop van geboorte en dood, zo verbonden met eten, gegeten worden, verteren en afscheiden, wordt alleen maar overwonnen door de gevoelens van liefde, vriendelijkheid, aandacht, vreugde om elkaar, kortom: de zachte gevoelens. Onze ‘reptielen’ hersenen zullen ons ‘reptielen’ leiders voortoveren, zolang we ons ongebreideld overgeven aan lusten, lasten en listen. Tot we ‘achterom’ kijken en plotseling heftig schrikken wat al jaren sluipend aan de gang was en nu de naam gekregen heeft van terreur en de ‘strijd tegen terreur’, een strijd die in eerste en laatste instantie een strijd in onze eigen collectieve schaduw is. Als de roep om steeds meer horrorfilms, zwart-magische films en gewelddadige video- of internetspelletjes – gemanipuleerd door geesten die zelf beschadigd zijn in liefde – toeneemt, zijn we Grimm’s jongetje geworden dat niet kan griezelen, omdat er geen relatie meer met het leven is. En daarmee begeven we ons mondiaal in een uiterst griezelige situatie, waarin folteren, tomeloos geweld en onderdrukking de uitingen van onze on-menselijke zijde zijn geworden, de nacht van onze ziel, die schreeuwt om ‘verlichting’, om gekend te worden, te beseffen dat onze essentie licht is. De vijand loert nu overal, omdat we hem zelf zijn. Overal heerst voortaan de dreiging van terrorisme, omdat we mede het zaad ervan in onszelf bergen. Ons hele mondiale stelsel van uitbuiting en verrijking van minderheden is een klap in het gezicht van onze verdrukte en uitgebuite broers en zussen die op afstand mogen kijken naar de rijk gedekte wereldtafel waarvan de kruimels die op de grond vallen voor hen en de honden zijn. Willen we voorgoed van het terrorisme afkomen, zo stelt Noam Chomsky, vermaard linguïst, geweten van Amerika en criticus van het Amerikaanse systeem, ‘dan moeten we zelf ophouden eraan deel te nemen’. Want angst voedt angst en leidt tot een heilloze strijd van oog om oog, tand om tand. Op het einde is iedereen blind. De gewelddadige spiraal waarin de oorlogsmachines het geld verslinden dat besteed zou moeten worden aan het voeden van hen die we beroven, kan alleen gestopt worden als we weer gaan beseffen wie we zijn, waar we nu zijn en waarom we zijn. Niet met de afgedane catechismus van religies in onze handen, maar met het serene gevoel van menselijke kwaliteit en tegenwoordigheid.

SPIRITUEEL VERZET
Misschien is het tijd voor een werkelijk spiritueel verzet. De hoogste tijd om onze leiders die zoveel lijden veroorzaken eens scherp onder de loep te nemen. Niet vanuit een houding van afzetten, maar vanuit mededogen, dat weliswaar krachtig genoeg is om ‘nee’ te zeggen. Spirituele mensen hebben zo vaak het idee dat zij hun gevoelens of emoties beter niet kunnen uiten. Neutraliteit schuilt maar al te vaak aan partijdigheid. Ook hier gaat het weer om onze innerlijke houding van al dan niet gehecht zijn, aan non-identificatie met de persoonlijkheid die niet ons ware wezen is. Om als Arjuna boven goed en kwaad, boven afkeer en sympathie te staan, moeten we eerst Krishna verstaan, hem de teugels in handen laten nemen.
Misschien is het wel de hoogste tijd dat, nadat we eerst onze eigen billen bloot hebben gezien, dat ook eens aan onze leiders vragen. Niet letterlijk, maar figuurlijk. Hoeveel van hen zouden de lakmoesproef van hun eigen waarden en normen kunnen doorstaan? Talloze dictators, maar ook ‘beschaafde’ regeringsleiders zijn zelf gekwetste mensen die via het uitoefenen van macht of invloed een zekere ‘wraak’ nemen op hetgeen hen in hun jeugd is aangedaan. Het zou de moeite waard zijn om eens een grootschalig onderzoek hiernaar te doen. Stof genoeg voor een promovendus. Alles is met elkaar verbonden. Alle morfogenetische velden vinden elkaar in Zero Point Field, het Nulpuntveld (Lynne Mc Taggart). Paticcasamupada, noemde de Boeddha dit van elkaar afhankelijke bestaan en Christus zegt herhaaldelijk De Vader en ik zijn één (de goddelijke oceaan van energie en mijn wezen zijn één).


ALLEEN LIEFDE
We zijn o zo kwetsbaar geworden in onze hyper technische maatschappij. Die kwetsbaarheid durven we kennelijk niet altijd aan. Net als in het sprookje De nieuwe kleren van de keizer van Andersen, waarin de keizer geen kleren aan had, terwijl hij dacht rijkelijk gekleed te zijn, lopen ook wij vaak naakt, verhullen ons ware zijn onder het kleed der ideeën. We brachten de dramatische scheiding teweeg tussen ‘jij en mij’, vonden knuppel, pijl en boog, lans, mes, dolk, kruisboog, harnas, tanks, bommenwerpers, raketten, atoombommen, antimateriebommen en star wars uit. Uit angst. Door niet begrepen gevoelens in onszelf en in de ander, die we zelf zijn. Arme naakte mens. Arme lijdende mens die zo hard roept en schreeuwt dat hij alles in zijn hand heeft, dat geweld de oplossing is. De oren van de wijze mensen doen steeds meer pijn bij al die kreten en steeds opnieuw herhaalde leugens waar zelfs de leugendetector het bij begeeft.
Alleen het inzicht dat we liefde en licht zijn, dat totaal bewustzijn alles doordringt, dat de gekwetstheid van onze persoonlijkheid tot emotionele, psychologische, fysische en geologische rampen kan leiden, kan de geteisterde mens en wereld helen. De aarde zet reeds in ijlsnel tempo haar genezende werking in, die we ervaren als overstromingen, orkanen, aardbevingen, vulkaanuitbarstingen. Kunnen we haar bijhouden in de komende jaren? Of gaan we onze lijders volgen die wellicht met plannen in hun hoofd lopen om straks via maanbases naar Mars te vluchten om daar hetzelfde lijden te brengen dat we op aarde niet konden oplossen en dat – volgens vele mythische verhalen – in het verre verleden de eens prachtige planeet Mars tot vernietiging bracht, doordat krachten van geweld (de oorlogsgod Ares!) zelfs interplanetair ons zonnestelsel bedreigden. ‘We are going to explore our solar system’, sprak de president van de Verenigde staten, onlangs voorgedragen voor de Nobelprijs voor de Vrede (sic!). Laten we behoedzaam zijn. Heel diep in mij zegt iets dat we deze verschrikkelijke ervaringen al kennen (Atlantis). Wij zijn licht in licht. Eeuwige, onvergankelijke liefde. Ook al schijnt de zon over goede en boosaardige mensen, laten we aandachtig zijn: er wordt gespeeld met onze gevoelens en emoties… De hoogste tijd om wakker te worden!

*Marcel Messing (geb. 1945, Den Haag), studeerde antropologie, filosofie en vergelijkende godsdienstwetenschap. Hij is auteur van vele boeken en artikelen, medewerker van het tijdschrift InZicht, regelmatig te gast bij de radio, was dertien jaar lang als stafdocent en dekaan werkzaam in het Hoger Beroeps Onderwijs, wetenschappelijk medewerker van de Bibliotheca Philosophica Hermetica te Amsterdam, adviseur van de IKON-televisie-serie 'Via Mystica' en redacteur van het blad Prana. Als veel gevraagd spreker in verschillende landen, staat hij bekend om zijn synthese tussen oosterse en westerse wijsheid. Diverse boeken van hem werden vertaald in verschillende talen en hij genoot onderricht van o.a. Tibetaanse rinpoche's ('kost-bare' leraren). Als voorzitter van de door hem opgerichte 'Stichting Lindenhof' is hij al jaren nauw betrokken bij diverse ontwikkelingsprojecten in India (o.a. scholenbouw voor duizenden kinderen die anders geen enkele toekomst-mogelijkheid hebben; diverse projecten voor de Tibetanen in Mundgod) en sinds kort in Polen. Na 11 jaar gewoond te hebben in de Franse Pyreneeën, emigreerde hij op 11 september 2001 naar België, waar hij nu in Brugge woont.


 

Gepubliceerd in:
Kwartaalblad Geweldloos Actief, Postbus 137, 8000 AC Zwolle.

(WEB200J.05)